De perfecte baan: kijk verder dan de pluspunten
Adam (34) is razend enthousiast over zijn nieuwe baan. Het bedrijf past helemaal bij wat hij zocht. Het is maatschappelijk betrokken. Het is vernieuwend. Hij is dan ook meer dan tevreden over het aanbod dat hij ontvangen heeft. Maar wat zijn nieuwe marketingfunctie precies zal gaan inhouden? Dat weet niemand. Zijn nieuwe werkgever kan hem alleen vertellen dat ze op zoek zijn naar verandering. Ondanks deze onzekere situatie krijgt Adam toch de functie aangeboden. Ze konden zijn talent simpelweg niet laten gaan.
Dat komt vast wel goed…
Adam besluit de organisatie te verlaten
Zes maanden later. Adam besluit het bedrijf – waar hij eerder zo enthousiast over was – te verlaten. Het stressniveau is hem simpelweg te hoog geworden. Het is niet dat zijn takenpakket hem te zwaar valt. Integendeel zelfs. Het probleem zit hem in de communicatie. Hij heeft nooit de kans gekregen om eens goed met zijn baas om tafel te gaan zitten. Het is Adam nog steeds niet duidelijk wat zijn werkgever precies van hem verwacht. En hoe draagt zijn werk eigenlijk bij aan het grotere geheel? Ook wil hij graag weten welke persoonlijke doelen hij binnen het bedrijf kan verwezenlijken.
Soms krijgt Adam wel de kans om een gesprek met zijn baas aan te knopen. Helaas gaat het dan alleen over hoe laatstgenoemde de marketing in de verre toekomst voor zich ziet. En over zijn eigen ontwikkelingsmogelijkheden. Adam’s wensen komen totaal niet ter sprake. Dit frustreert de kersverse werknemer enorm. Het gevoel van onbehagen wordt versterkt door de houding van zijn directe collega’s. Zij vinden het ontbreken van een duidelijke visie wel prima. Het gevoel laat hem niet los: hij neemt ontslag.
’Dit gebeurt me niet weer!’
Gedesillusioneerd meldt Adam zich aan voor loopbaanbegeleiding. De eerste bijeenkomst heeft hij al netjes voorbereid. Hij weet precies wat hij wil gaan vragen. Hetgeen wat hem bij zijn laatste werkgever is overkomen, is namelijk geen losstaande gebeurtenis. Het is al twee keer eerder gebeurd. ‘[…] Het zou fijn zijn als iemand mij handvatten kan bieden in het zien of een baan aansluit op wat ik wil en nodig heb. Steeds woog ik alle aspecten zorgvuldig tegen elkaar af. Drie keer heeft dit niet het gewenste resultaat gehad.’
Adam is niet de enige met dit probleem. Koen. Marieke. Victor. Stefan. Ook zij benoemen dit in een één-op-ééngesprek met hun coach. Zonde, want de meeste personen die dit probleem ervaren, worden gezien als prima werknemers. Een goed cv. Een hoge opleiding. Zo’n 3 tot 10 jaar aan werkervaring. Sociaal vaardig. Vitaal. In veel gevallen zijn het dertigers. De organisaties verkopen zich op een vernuftige manier aan deze groep. Hierbij maken ze slim gebruik van taal en schetsen ze een aantrekkelijk carrièrepad. Niet zo vreemd, want ook zij moeten zichzelf verkopen.
Als sollicitant moet je tegenwicht in het spel gooien. Dit doe je door vooraf goed te hebben nagedacht over waar je naar op zoek bent. Wat zijn jouw harde eisen voor een baan? De durf om vragen te stellen tijdens een sollicitatiegesprek is hierbij ontzettend belangrijk. Maar hoe zie je nu duidelijk of een baan wel of niet bij je past?
Dissatisfiers en satisfiers
Veel mensen – waaronder ook Adam – kijken vooral naar hoe de organisatie zich wil onderscheiden. Oftewel: de ‘branding’ van het bedrijf. Wat is hun missie en visie? Wat zijn jouw kansen als werknemer binnen de organisatie? Past de organisatie wel goed bij de tijd? Hoeveel vrijheid heb je om het werk op jouw manier uit te voeren? Kun je hier jouw krachten kwijt? Zo zijn er nog wel meer vragen te verzinnen. Er is niets mis met die criteria. Dit zijn namelijk de zogenoemde satisfiers. Deze zorgen ervoor dat je blij bent met jouw baan. Maar de hoofdrol wordt niet alleen door deze verzameling eigenschappen gespeeld…
Het is een bekend gegeven. Zelfs achter de leukste bedrijven kunnen zich nadelen verschuilen. Dit worden ook wel de dissatisfiers van een baan genoemd. Adam liep daar tegenaan. Deze nadelen kunnen ervoor zorgen dat je het sterke gevoel krijgt geen dag langer te willen blijven. Adam kreeg te maken met de volgende dissatisfiers:
1. De organisatiecultuur.
2. Het gevoel dat zijn werk niet echt uitmaakte.
Punt 1 gaat vooral over de vraag of jij wel kunt groeien in het milieu van de organisatie. Punt 2 gaat over de noodzaak om iets betekenisvols te kunnen bijdragen; zonder nut voel jij je doelloos. Dit zijn de twee meest schadelijke dissatisfiers die je in jouw werk tegen kunt komen. Helaas was dit bij Adam het geval.
Bevind je je in het juiste milieu?
Tijdens gesprekken met cliënten wordt de bedrijfscultuur vaak als reden aangedragen om afscheid van een werkgever te nemen. Hierbij zijn de waarden op de werkvloer erg belangrijk. Deze bepalen namelijk het gedrag. Komen deze niet met die van jou overeen? Dan botst dat. Gevolg: jij voelt je niet op jouw gemak. Om echt te kunnen groeien in het milieu van een organisatie, moeten de waarden voldoende overeenkomen.
Adam’s waarden zijn georiënteerd op succes: tempo maken, hard werken en doelen halen. Zijn baas vond andere dingen belangrijker. Niemand om hem heen had daar schijnbaar problemen mee, maar Adam vond het verre van prettig. Hij kon daar niets mee. Zich aanpassen zou niet natuurlijk voelen, maar als hij zich niet zou aanpassen zou de situatie ook niet lang gezond blijven. De enige keuze die overbleef was: vertrekken.
Doet jouw werk er voor jou toe?
Om voldoening uit jouw werk te halen, moet je het idee hebben dat je het verschil maakt. Jij hebt de volledige regie over dat gevoel. Niemand anders. Het is dus belangrijk dat je het gevoel hebt een bijdrage te leveren. We zijn namelijk ook maar sociale dieren. We halen voldoening uit het feit dat ons werk van betekenis is voor anderen. Dit gevoel is niet beperkt tot één type baan. Je kunt deze betekenis in iedere carrière vinden. Als strategist, verpleegkundige, kinderoppas of onderzoeksjournalist.
Er ontstaat een probleem wanneer jouw werk geen doelen kent. Of wanneer het – voor jouw gevoel – nergens naartoe leidt. Je krijgt het gevoel dat jouw werkzaamheden niets uitmaken en ze net zo goed niet uitgevoerd hadden hoeven worden. Antropoloog David Graeber noemt zo’n baan ook wel een bullshit job. De waardering voor je werk moet intrinsiek komen. Waardering van anderen helpt hierbij niet zoveel. Adam kreeg sterk het gevoel dat zijn baan volledig los stond van wat er in de organisatie gebeurde. Hij kon zich geen beeld vormen van hoe zijn werk een verschil maakte. Langzaam maar zeker verdween het gevoel dat zijn werk ertoe deed. Dit was onvermijdelijk.
Gelukkig heeft het verhaal van Adam een goed einde gekregen. Hij heeft nu een meer compleet beeld van waar hij wel en niet naar op zoek moet in een baan. Daardoor weet hij heel goed wat hij tijdens een sollicitatiegesprek moet zeggen. Ook weet hij op welke punten hij wil doorvragen.
Ben je nieuwsgierig naar meer carrièreverhalen? Lees dan verder op de website van Van Ede & Partners.