Is het einde van Het Nieuwe Werken nabij? (Deel 2)
Het Nieuwe Werken staat nu zo’n jaar of twee hoog op de agenda bij de overheid. Het rijk en de gemeenten lijken er actief mee bezig te zijn. Maar wat verandert er precies? Het lijkt bij HNW-projecten vaak meer te gaan over meubels dan over mensen. Is HNW verworden tot een feestje voor consultants en commercie? De hype is voorbij, constateren Davied van Berlo en Marie Louise Borsje van Ambtenaar 2.0. Tijd om weer aan het werk te gaan. In een tweedelige blogreeks houden zij een pleidooi om de werkwijze aan te pakken en niet HNW weg te stoppen in projectgroepen.
In het eerste deel constateerden we dat bij de overheid vaak de gezamenlijke doelstelling van Het Nieuwe Werken buiten beeld raakt en dat er autonome ontwikkelingen op het gebied van ICT, P&O en huisvesting ingezet worden. Er worden wel degelijk verbeteringen gerealiseerd en er worden belemmeringen voor HNW weggenomen. Maar de vernieuwingen die we zien, zijn gewoon de evolutionaire ontwikkeling op ieders vakgebied en Het Nieuwe Werken is daar niet specifiek de oorzaak van. Hoe moet het dan wel?
Een mooi voorbeeld komt uit gemeenteland, waar HNW ook zeer actueel is. In een recente enquête gaf de helft van alle gemeentesecretarissen aan dat men bezig was met Het Nieuwe Werken. De andere helft meende “er toch eens iets mee te moeten gaan doen”. De gemeente Molenwaard wordt gezien als één van de grote voorbeelden. Hoe is dat zo gekomen?
Politiek en samenleving bij elkaar brengen
Op 1 januari 2013 fuseren de gemeenten Graafstroom, Liesveld en Nieuw-Lekkerland tot één gemeente: Molenwaard. Voorafgaande aan die fusie zijn de ambtelijke organisaties al samengevoegd tot één apparaat. Een voorwaarde voor de fusie was echter dat het bestuur niet verder van de burgers in de kernen af zou komen te staan. Daarom is ervoor gekozen om géén nieuw, centraal gemeentehuis te bouwen. En dat betekent nogal wat.
De nieuwe gemeente Molenwaard heeft dan ook geen balie. Paspoorten, rijbewijzen, et cetera worden besteld via internet en ondertekening en ontvangst vinden plaats aan huis of in het buurthuis. Medewerkers van de sociale dienst houden kantoor in wijkcentra. Administratieve werkzaamheden (back office) worden nog wel verricht in kantoorgebouwen, maar die hebben geen balie en zijn niet gevestigd in een speciaal pand.
Uitvoering van een strategische keuze
Geen gemeentehuis betekent ook: geen raadzaal. De gemeenteraad vergadert in de kantine van het bejaardentehuis dat elke keer voor 2000 euro wordt omgebouwd. Dat is een stuk goedkoper dan een eigen gebouw en het brengt politiek en samenleving bij elkaar. Ook de bestuurders gaan mee in de cultuuromslag: de schooldirecteur komt niet bij de wethouder op bezoek, maar de wethouder gaat naar de school.
Het doel van Molenwaard is om de overheid dichter bij burgers te brengen, een stap naar de samenleving te zetten. Daar werken we immers voor. Gemeentesecretaris Jan van Ginkel: “Het gaat niet zozeer om het niet hebben van een gemeentehuis, maar om de gedachte daaronder: op een andere manier omgaan met de burger.” Pas daarna is hij gaan kijken wat er nodig was om dat voor elkaar te krijgen.
Tijd- en plaatsonafhankelijk werken is daarmee duidelijk een middel voor een groter doel. Het Nieuwe Werken draait niet om flexplekken en thuiswerken, maar om de uitvoering van een strategische keuze om de overheid meer ten dienste te stellen van burgers en bereikbaarder te maken. Dit is niet neergezet als HNW-project, maar als initiatief om anders te gaan werken en daarbij de nieuwe mogelijkheden van ICT en inzichten in P&O te gebruiken.
De fusie van de drie gemeenten tot één nieuwe gemeente Molenwaard was een goede aanleiding om na te denken over de rol van de gemeente in de samenleving en andere manieren van werken. Zo’n directe aanleiding is niet per se nodig, maar kan wel helpen. Ook bezuinigingen of een nieuwe volksvertegenwoordiging kunnen een aanleiding zijn. Uiteindelijk kies je als organisatie echter zelf wat je wilt bereiken en hoe je dat wilt doen met de beschikbare middelen.
Manier van werken moet veranderen
De Rijksoverheid zit middenin een grote afslankingsoperatie en reorganisatie, waaronder twee fusies. Vanaf het begin was er ook een visie op Het Nieuwe Werken vanuit het programma Ambtenaar voor de Toekomst, waar alle secretarissen-generaal hun handtekening onder hadden gezet. Er lag een grote kans om de reorganisatie te gebruiken om daadwerkelijk met HNW aan de slag te gaan en een nieuwe Rijksoverheid te creëren.
Die kans hebben we echter laten liggen. Er wordt een klassieke reorganisatie uitgerold die een enorme impact heeft op de inrichting van de organisatie en de mensen die er werken. Er worden duizenden mensen ontslagen en de organisatiestructuur wordt anders ingedeeld, maar aan de manier van werken verandert er niets. De productiviteit daalt eerder door alle onduidelijkheid en de arbeidsvreugde neemt af door de onzekerheid. Door de reorganisatie loopt er alleen maar energie weg.
Nieuwe stoelen, maar geen nieuwe leiderschapsstijl
Het ontbreekt bij de reorganisatie aan een goed verhaal, een strategische ambitie. Het opnieuw inrichten van een organisatiestructuur is een concrete activiteit en daar zijn we goed in. Dat geldt ook voor veranderingen in ICT en gebouwen. Alles wat met bedrijfsvoering te maken heeft kunnen we veranderen, maar zodra het dicht bij mensen komt (werkstijl, leiderschap, organisatiecultuur) dan valt het stil.
Aan het eind van dit jaar loopt het programma Het Nieuwe Werken bij het Rijk af. Maar wat is er dan veranderd? Gebouwen hebben nieuwe tafels en stoelen, bij sommige organisaties mag je wellicht thuiswerken en hier en daar is er wifi. Maar is de leiderschapsstijl veranderd? Wordt er meer probleemgestuurd gewerkt en minder hiërarchisch? Is de samenwerking tussen organisaties verbeterd? Is co-creatie met burgers meer regel dan uitzondering? Is er echt iets veranderd?
Faciliterend management en mobiele medewerkers
Organisaties bestaan uit mensen, dus als je organisaties echt wil veranderen, dan moet je mensen laten veranderen. Dat gebeurt niet met een beslissing van boven, maar dat doe je door ze mee te nemen, bij te laten dragen en zelf hun werk in te laten richten. Hoe willen we werken? Wat werkt voor ons het handigste? Hoe bereiken we onze doelen? Bedrijfsvoering kan daarbij ondersteunend zijn en oplossingen aanreiken.
Zo’n aanpak vraagt wel iets van medewerkers om initiatief te nemen en hun eigen werkwijze bespreekbaar te maken. Maar het vraagt vooral iets van managers. Marianne Witlox, portefeuillehouder HNW bij de Rijksoverheid, wil dan ook dat meer wordt ingezet op faciliterend management en roept leidinggevenden op om meer vertrouwen te hebben in hun eigen beoordelingsvermogen:
“Er wordt veel gedacht in regels en in belemmeringen. Durf onderscheid te maken. Durf de ene medewerker meer ruimte te geven omdat die het aankan en de ander niet.”
Daar ligt de echte verandering van Het Nieuwe Werken: in het handelen van medewerkers en managers en het bewustzijn dat er nieuwe manieren zijn om efficiënter en plezieriger je werk te doen. Of zoals Marloes Pomp, voormalig projectleider Ambtenaar voor de Toekomst (april 2012) zegt:
“De kern van Het Nieuwe Werken is dat mensen mobiel worden, dat je flexibel en over je grenzen heen kunt werken. Iedereen moet dat leren: hoe werk je op afstand samen? Hoe werk je in netwerken? Wat verandert er in de wereld en hoe kun je daarmee slimmer en goedkoper je werk doen? HNW is blijvend vernieuwen. In de praktijk is het echter een nieuw keurslijf aan het worden.”
Het einde van Het Nieuwe Werken
Alle aandacht voor Het Nieuwe Werken heeft in ieder geval geholpen bij die bewustwording. Ons wereldbeeld is aan het veranderen. De hype is echter doorgeschoten naar roze badjassen en bedrijven die ons willen doen geloven dat de oplossing zit in de aanschaf van een nieuw softwareproduct of een revolutionair concept van kantoorinrichting. Of adviesbureaus die Het Nieuwe Werken wel even bij je komen uitrollen en de cultuurverandering implementeren.
Het Nieuwe Werken is een doel op zich geworden. De nadruk is komen te liggen op bedrijfsvoering en het wegnemen van technische belemmeringen, maar ook zonder HNW zouden huisvesting, ICT-middelen en P&O-inzichten zich gewoon doorontwikkelen. De vraag voor Het Nieuwe Werken is juist hoe deze ontwikkelingen elkaar beïnvloeden en kunnen versterken zodat ze leiden tot een werkwijze die beter past bij medewerkers.
Het Nieuwe Werken is ook een vorm van navelstaren geworden. Door de nadruk op bedrijfsvoering zijn we uit het oog verloren voor wie we eigenlijk werken. Als HNW voortvloeit uit een strategie, zoals in Molenwaard, dan weet je waar je het voor doet. Een visie op Het Nieuwe Werken moeten ondersteunend zijn aan je strategische visie en je beleidsdoelen. Het effect moet merkbaar zijn in de samenleving.
Tenslotte is Het Nieuwe Werken los komen te staan van mensen. De verantwoordelijkheid om anders te gaan werken ligt bij jouzelf, als medewerker of als manager. Wat heb jij nodig om je werk beter te doen? Hoe haal je het meeste uit je medewerkers? Hoe kunnen we beter samenwerken? Neem zelf initiatief en ga erover in gesprek. Werken hoe je wilt werken, of dat nu volgens die negen principes is of niet.
Dat is waar het om gaat: Het Nieuwe Werken moet weer gewoon ‘werken’ worden. Dit is hoe een moderne organisatie functioneert. Dit is hoe medewerkers tegenwoordig hun werk invullen. De verandering is ingezet, maar de hype is nu voorbij. Daarom verkondigen wij het einde van Het Nieuwe Werken. Ga het nu maar gewoon doen. Het Nieuwe Werken is het huidige werken.
Dit artikel is eerder gepubliceerd in het tijdschrift iBestuur.