Onderzoeken die aantonen dat Het Nieuwe Werken niet werkt zijn veelal onzin (Deel 1)
Het Nieuwe Werken is al een tijdje aan de gang en zoals dat gaat met stromingen die zijn geïntroduceerd en zo goed als geïntegreerd: de eerste punten van kritiek worden hoorbaar. Soms terecht, soms niet. En ook de eerste onderzoeken naar het nut van HNW zijn dan ook al uitvoerig gedaan. En besproken. Maar om nou te zeggen dat die onderzoeken een punt hebben…
Om met de deur in huis te vallen: in veel onderzoeken naar HNW worden appels met peren vergeleken. Een organisatie waar werknemertevredenheid en productiviteit stijgen, kosten dalen en een positieve bijdrage is geleverd aan duurzaamheid, heeft de invoering van Het Nieuwe Werken integraal aangepakt. Er is tijd (en geld) geïnvesteerd in een overgang naar een nieuwe manier van werken. Wanneer je bijvoorbeeld alleen flexplekken invoert en beperkt investeert in trainen en opleiden van medewerkers (inclusief management) en ICT, moet je niet verwachten dat je alle voordelen van Het Nieuwe Werken behaalt.
De grootste en meest gemaakte appels-met-peren-vergelijking is dat Het Nieuwe Werken gelijk wordt gesteld met thuiswerken. Lees de laatste paragraaf van deze column van Ben Tiggelaar bijvoorbeeld maar eens. Juist het bij elkaar zitten, wanneer dat nodig is, en het kantoor als ontmoetingsplek zijn een wezenlijk onderdeel van Het Nieuwe Werken. Marissa Mayer van Yahoo kreeg veel aandacht met haar besluit om thuiswerken niet meer toe te staan. Dit werd in de media gebracht met koppen als: ‘Het einde van Het Nieuwe Werken’. Terwijl, zoals ook al was te lezen in de blog van Jos van der Wielen, was het wel HNW dat Yahoo had ingevoerd?
Iedereen over één kam
Nog zo’n appel-met-peren-vergelijking: ‘Het Nieuwe Werken wordt niets, want voor goed samenwerken moet je fysiek bij elkaar zitten.’ Nu is er inderdaad onderzoek dat aantoont dat medewerkers meer samenwerken met collega’s die dichter bij hen werken dan met collega’s verderop. Wel blijkt dit effect maar tot een afstand tussen 30 en 50 meter te werken. Met de Arbonorm in de hand kun je dan inderdaad uitrekenen met hoeveel mensen je maximaal kunt samenwerken.
Nu leven we in een prachtige tijd: nog niet eerder in de geschiedenis zijn zo veel mensen zo makkelijk en tegen zulke lage kosten met elkaar verbonden. We kunnen en gaan ook echt leren hiermee om te gaan. Dat heet namelijk evolutie en de vaardigheden voor digitaal werken en samenwerken op afstand zijn prima aan te leren.
HNW en de creatieve mens
Veel gehoord is de term: de creatieve mens. Deze heeft ‘mensen om zich heen nodig’ om productief te kunnen zijn. En dat rommelige bureau is ‘goed voor de creativiteit’. De realiteit is echter dat er maar een beperkte groep mensen beroepshalve de hele dag creatief hoeft te zijn en dat überhaupt kan. De andere kant van dit verhaal is dat deze kleine groep nu veelal collega’s in een kantooromgeving bij individuele en concentratiewerkzaamheden stoort. En van een rommelig bureau heb je de rest van week last.
HNW en neuroten
Zo zou Het Nieuwe Werken bijvoorbeeld niet werken voor neuroten. Als ik zoiets lees, ben ik altijd benieuwd wat er in de meer traditionele manier van werken dan voor beleid is ingevoerd en/of maatregelen zijn getroffen voor de neurotische collega. Het Nieuwe Werken is geen oplossing voor alles, en zoals in elke situatie zul je rekening moeten houden met diversiteit.
Het is alleen wel handig om niet te organiseren voor de uitzonderingen. Bijvoorbeeld dat iedereen altijd op kantoor zou moeten zijn (wat in de huidige praktijk al nooit zo is) omdat er een paar medewerkers zijn die dat prettig vinden of nodig hebben.
Donderdag deel 2 van deze blog.